Gegevens doorgeven | ZooEasy | Identificatie | Fokkerij | Dekberen | KI | Fokdoelen | Inteelt | Gedragstesten
Natuurlijk wilt u ook uw dieren in het stamboek!
Waarom is registreren zo belangrijk?
De Bonte Bentheimer is een Nederlands zeldzaam huisdierras, wat betekent dat elk dier van belang is voor de fokkerij. Met deze website en ZooEasy proberen we de Bonte Bentheimers op de kaart en in het stamboek te krijgen. Wanneer bekend is waar Bonte Bentheimers gehouden worden en welke erfelijke eigenschappen deze bezitten, kan er rekening mee worden gehouden in het fokbeleid. Kortom, door te registreren draagt u bij aan het toekomstperspectief van de Bonte Bentheimer.
Registreren: hoe doet u dat?
- Meld u aan bij de vereniging
- Meld uw volwassen dier of doe een geboortemelding
- Het stamboekbeheer gaat voor u aan de slag
- Controleer in ZooEasy of alle gegevens goed doorgekomen zijn
De Vereniging het Nederlandse Bonte Bentheimer Landvarken is verantwoordelijk voor het bijhouden van het stamboek van de Bonte Bentheimer. Door u aan te melden als lid van de vereniging wordt het mogelijk om uw dieren in het stamboek te laten registreren. Met behulp van online formulieren wordt het nu nog makkelijker om uw dieren te laten registreren. U vult de formulieren in en het stamboekbeheer zal ervoor zorgen dat de dieren te vinden zijn in ZooEasy.
Lees het volledige document over de Stamboekregistratie van de Bonte Bentheimer
Hoe moet ik gegevens doorgeven?
Via de online formulieren kunnen alle wijzigingen over uw Bonte Bentheimers worden doorgegeven. U hoeft alleen het formulier in te vullen en het stamboekbeheer zorgt ervoor dat de gegevens goed ingevoerd worden.
Hoe meld ik mijn biggen aan?
Dit formulier dient uiterlijk 8 weken na elke worp ingevuld te worden. In dit formulier wordt ook gevraagd naar de gegevens over de dekking en het verloop van de geboorte. Formulier geboortemelding
Hoe meld ik een volwassen Bonte Bentheimer varken aan?
Dit formulier is bedoeld voor volwassen Bonte Bentheimers die nog niet in het stamboek geregistreerd staan. Met behulp van de EU-richtlijnen is het nu mogelijk om een aanvullende sectie bij te houden in het stamboek, om uiteindelijk zoveel mogelijk Bonte Bentheimers in kaart te brengen. De volledige uitleg is te lezen in Stamboekregistratie van de Bonte Bentheimer.
Hoe geef ik een verandering met betrekking tot mijn varken door?
Na elke wijziging die optreedt bij uw Bonte Bentheimer dient het mutatieformulier ingevuld te worden, denk hierbij aan verhuizing, wijzigen oormerknummer, castratie en overlijden.Formulier mutatiemelding
Zijn er andere vragen die u wilt bespreken met het stamboekbeheer? Mail naar stamboek@bontebentheimer.nl
Zijn er andere vragen die u wilt bespreken met het stamboekbeheer? Mail naar stamboek@bontebentheimer.nl
ZooEasy
Wanneer u zich aanmeldt als lid bij de vereniging ontvangt u van het stamboekbeheer een lezersaccount van ZooEasy. ZooEasy is een online stamboekadministratie waar de Nederlandse Bonte Bentheimers worden geregistreerd. Dagelijks worden back-ups gemaakt en het stamboek wordt beschermd tegen oneigenlijk gebruik. Met het lezersaccount kunt u alle gegevens inzien, zoals dieren, stambomen, inteelt-percentages en de ledenlijst. Tevens kunt u via een proef-dekking de verwantschap tussen zeug en beer berekenen, en het inteeltpercentage van de fictieve nakomeling hieruit.
Om u enigszins op weg te helpen kunt u de ondersteuning op de website van ZooEasy raadplegen. Heeft u andere vragen over ZooEasy? Mail naar stamboek@bontebentheimer.nl
Identificatie
De meeste gegevens kunnen via de online formulieren worden doorgegeven. Het registratienummer en de status van uw Bonte Bentheimer worden toegekend door het stamboekbeheer.
Voor de volledige uitleg over de identificatie van uw Bonte Bentheimer zie Stamboekregistratie van de Bonte Bentheimer.
Registreren: welke informatie is nodig?
Gegevens eigenaar
De adres- en contactgegevens, UBN nummer etc. worden in het stamboek geregistreerd. Met de gegevens van de eigenaar weet de stamboekbeheerder waar het varken verblijft. Het hebben van een Uniek Bedrijfsnummer (UBN) is voor alle varkenshouders een wettelijke verplichting vanuit de overheid, namens de Rijksdienst voor Ondernemend Nederland (RVO). De gegevens van de eigenaar kunnen indien gewenst ook gebruikt worden bij dekkeuzes om dieren in nabij gelegen regio’s uit te wisselen of wanneer een varken verplaatst moet worden.
Registratienummer
Het registratienummer van een varken wordt uitgegeven door het stamboek na geboorteaangifte, het registratienummer blijft ongewijzigd en is niet hetzelfde als het oormerknummer. Het oormerknummer blijft net als de foto’s een identificatiemiddel. Het registratienummer wordt gebruikt als leidraad voor het stamboek en is een uniek diernummer voor elk individueel varken.
Het registratienummer is opgebouwd uit de volgende gegevens:
- Land van herkomst
- UBN geboortebedrijf
- Geboortejaar
- Volgnummer
Voorbeeld: NL-12345-20-0023
Lees meer over het registratienummer in Stamboekregistratie van de Bonte Bentheimer
Oormerknummer
Elke big dient door de fokker gemerkt te worden met een oormerk. Een big moet uiterlijk in de derde maand gemerkt worden. Wanneer een oormerk kwijtraakt moet het varken binnen 3 werkdagen opnieuw gemerkt worden. Deze wijziging moet worden doorgegeven bij de stamboekbeheerder door het invullen van een mutatiemelding.
Foto
Om de individuele, in het stamboek ingeschreven Bonte Bentheimers van elkaar te kunnen onderscheiden, maken we gebruik van foto’s. Iedere Bonte Bentheimer heeft zijn eigen unieke vlekken patroon. Een Bonte Bentheimer is pas officieel ingeschreven in het stamboek wanneer er foto’s zijn aangeleverd die op de voorgeschreven wijze zijn gemaakt.
De foto’s van uw Bonte Bentheimer dient u zelf aan te leveren. Deze kunnen ingezonden worden tijdens het invullen van de formulieren ‘Geboortemelding‘ en ‘Volwassen dier aanmelden‘. De foto’s dienen aangeleverd te worden via de mail aan stamboek@bontebentheimer.nl, met in het onderwerp en als bestandsnaam het registratienummer én oormerknummer van uw Bonte Bentheimer. U dient tweemaal foto’s aan te leveren van uw dieren, de eerste keer na 8 weken en vervolgens nogmaals na 52 weken (1 jaar).
De foto’s moeten in kleur zijn en het vlekken patroon moet duidelijk zichtbaar zijn. Zorg er daarom voor dat er voldoende licht is en dat het varken redelijk schoon is. Neem enige afstand en maak gehurkt een foto van de linker- en rechterkant . Om het varken stil te laten staan kan een beetje voer handig zijn. Zorg ervoor dat het varken de gehele foto vult, maar niet buiten het kader valt. De Bonte Bentheimer moet alleen op de foto staan, er mogen dus geen andere varkens in beeld zijn.
Gebruikt u een camera van een mobiele telefoon zorg er dan voor dat u de camera horizontaal houdt. Onderstaande foto’s geven aan hoe u te werk moet gaan:
Naam varken (Optioneel)
Wanneer het varken een roepnaam heeft gekregen is het leuk om deze te vermelden in het stamboek.
Geslacht
Voor de fokkerij is het noodzakelijk om te weten of het om een mannelijk of vrouwelijk dier gaat.
Geboortedatum
De geboortedatum is opgebouwd uit dag, maand en jaar. Met de geboortedatum is het mogelijk om te weten wat de leeftijd van het varken is. Daarnaast is het ook een goed hulpmiddel om het aantal geboren biggen per jaar bij te houden.
Registratienummer vader en moeder
Voor de fokkerij en om rekening te houden met inteelt is het noodzakelijk om de afstammingsgegevens van het dier te hebben. Bij ouderdieren die reeds in het stamboek staan is het registratienummer voldoende, hiervan staan namelijk al de benodigde gegevens in het stamboek geregistreerd. Wanneer een of beide ouderdieren nog niet in het stamboek staan is het gewenst deze aan te melden als nieuw dier via het formulier ‘volwassen dier aanmelden‘.
Status (hoofd- of aanvullende sectie)
De indeling van het stamboek is opgesteld volgens de EU-richtlijnen voor een erkend fokprogramma. Hierbij dient een hoofdsectie te zijn opgenomen, eventueel ingedeeld in verschillende klassen, en indien gewenst een aanvullende sectie (bijvoorbeeld een hulpstamboek). Voor de Bonte Bentheimer en de kleine populatie zijn er twee klassen binnen de hoofdsectie opgenomen (Basis en Keur). De aanvullende sectie maakt het mogelijk om dieren met (deels) onbekende afstamming in te schrijven en per generatie op te waarderen. Hieronder wordt uitgelegd welke voorwaarden gelden per sectie en klasse.Dit formulier is bedoeld voor volwassen Bonte Bentheimers die nog niet in het stamboek geregistreerd staan. Met behulp van de EU-richtlijnen is het nu mogelijk om een aanvullende sectie bij te houden in het stamboek, om uiteindelijk zoveel mogelijk Bonte Bentheimers in kaart te brengen. De volledige uitleg is te lezen in Stamboekregistratie van de Bonte Bentheimer.
Wilt u het volledige overzicht uitprinten? Zie dan Stamboekregistratie van de Bonte Bentheimer.
Hoofdsectie: alle huidige stamboek ingeschreven dieren zullen automatisch worden overgeschreven naar de Basis klasse van de hoofdsectie. Wanneer deze dieren aan raskenmerken voldoen kunnen zij ingeschreven worden in de Keur klasse van de hoofdsectie.
Bij nieuw geboren biggen gelden de volgende voorwaarden voor het inschrijven in de hoofdsectie:
Basis: alle raszuivere dieren, nakomelingen van:
- hoofdsectie beer x hoofdsectie zeug;
- hoofdsectie beer x aanvullende sectie Klasse 75 zeug.
Keur: goedgekeurde dieren uit klasse basis die voldoen aan de raskenmerken na keuring.
Aanvullende sectie: dieren met (deels) missende afstammingsgegevens kunnen in de aanvullende sectie worden ingeschreven, mits zij voldoen aan de raskenmerken. De klasse waarin het dier kan worden ingeschreven ligt aan de beschikbare informatie van afstammingen, wanneer er geen informatie beschikbaar is zal het dier in Klasse 0 worden ingeschreven. Wanneer er wordt gepaard met een beer uit de hoofdsectie kan de nakomeling één klasse hoger worden ingeschreven. Na klasse 75 volgt opwaardering naar de Hoofdsectie van het stamboek.
Bij nieuw geboren biggen gelden de volgende voorwaarden voor het inschrijven in de aanvullende sectie:
Klasse 75: dieren met 75 % Bonte Bentheimer bloedvoering
- hoofdsectie beer x aanvullende sectie klasse 50 zeug
Klasse 50: dieren met 50 % Bonte Bentheimer bloedvoering
- hoofdsectie beer x aanvullende sectie klasse 0 zeug
Klasse 0: dieren met geheel onbekende afstamming die voldoen aan raskenmerken
Opwaarderen: nakomelingen van zeugen uit klasse 75 kunnen als raszuivere dieren in de basis hoofdsectie worden ingeschreven, optioneel bij goedkeuring klasse Keur.
Fokkerij
Fokkerijadvies
Studenten van de HAS in Den Bosch hebben onderzoek gedaan naar het fokken met kleine populaties. Naar aanleiding van dit onderzoek geven ze het advies om te werken met een roulatie systeem van nakomelingen. Hieronder wordt uitgelegd hoe dit werkt.
Het volledige rapport van de studenten van de HAS vindt u hier: Rapport HAS
Roulatie van de nakomelingen
Roulatie gaat uit van het principe dat de genen van een beer rouleren over een aantal bedrijven. Het schema laat zien dat de beste mannelijke nakomeling van dekbeer A verhuist naar bedrijf B. Deze nakomeling wordt dan op bedrijf B dekbeer B. De beste mannelijke nakomeling van dekbeer B, gaat naar bedrijf C en wordt dan dekbeer C. En zo gaat het verder totdat de nakomeling van dekbeer E weer op bedrijf A komt. De fokkerij is nu vijf generaties verder en vijf verschillende zeugen hebben hun genen toegevoegd. Dit principe kan ook worden toegepast met meer beren en bedrijven.
Het roulatiesysteem bevordert daling van de inteelttoename en verspreiding van genen. Voorwaarde is dat zeugen regelmatig worden vervangen voor genenverversing. In het voorbeeld in figuur 3 betekent dat, dat een bedrijf zeugen na maximaal vijf worpen afvoert. Bijvoorbeeld: als nakomeling E weer op bedrijf A komt als dekbeer dan loopt hij het risico zijn ‘over-overgrootmoeder’ te dekken als deze zeug (moeder van dekbeer A) na vijf worpen nog op het bedrijf is. Dit bevordert de inteelttoename, wat niet wenselijk is.
Dit systeem is het meest raadzaam voor de Bonte Bentheimers in Nederland. Het advies is om met minimaal vijf beren (dus met minimaal vijf bedrijven) te starten. Dit systeem dient gecombineerd te worden met een maximum van 5 aantal worpen per zeug. Via deze weg komt er meer variatie in de genenpoel en is de verspreiding van genen over Nederland groter.
Toename van het aantal beren
In Nederland is een beperkt aantal dekberen beschikbaar. Meer dekberen zorgen voor meer variatie in de genen, met minder kans op inteelttoename en minder kans op erfelijke gebreken. De keuze uit sterkere dieren van de populatie is groter bij gebruik van meer dekberen. Voor een goede en gezonde populatie zijn minimaal 10 beren nodig. Met het roulatiesysteem is het ook mogelijk om meer dekberen in te zetten. Beren uit Duitsland dragen ook bij aan de toename van de genetische variatie. In verband met lange transporttijden en stress, hebben beren van Duitse bedrijven dichtbij de grens de voorkeur. Het behoud van het ras moet uiteindelijk echter doorslaggevend zijn bij de beerkeuze.
Beperkt aantal dekkingen per beer
Beren beperkt inzetten voorkomt dat teveel dieren aan elkaar verwant zijn. Voor de Bonte Bentheimers is het advies is om een beer niet meer dan vijf zeugen te laten dekken. Na vijf dekkingen kan de beer worden afgemest en/of worden gecastreerd. In combinatie met het roulatiesysteem zijn vijf dekkingen per beer goed te realiseren. De beer van bijvoorbeeld bedrijf A kan, naast het eigen bedrijf, ook zeugen van andere bedrijven dekken. Voorwaarde is wel, dat een van de andere bedrijven niet bedrijf B is, want uit de vijf tomen van de beer wordt de beste dekbeer geselecteerd (dekbeer B). Deze nieuwe dekbeer gaat naar het volgende bedrijf (bedrijf B) om voor opfok en inzet als dekbeer B. Voor het realiseren van beperkte dekkingen in combinatie met rouleren, is het mogelijk enkele grote fokkers te benaderen om Bonte Bentheimers te gaan fokken. Biologische varkenshouders of scharrelbedrijven zijn hiervoor het meest geschikt. Zij houden hun dieren grotendeels op dezelfde wijze als houders van Bonte Bentheimers.
Tijdige vervanging van zeugen
Zeugen hebben minder directe invloed op de fokkerij dan beren, maar hun invloed is niet te verwaarlozen. Het advies is om in combinatie met het roulatiesysteem fokkers te stimuleren hun zeugen na vijf worpen (dus vanaf de zesde worp) alleen nog te gebruiken voor het produceren van vleesvarkens of de zeugen af te voeren. Het is sterk af te raden de nakomelingen te gebruiken voor de fokkerij. Op deze manier wordt de genenvariatie niet verder versmald.
Dekberenkeuze
Om inteelt te voorkomen is het belangrijk een dekking altijd vooraf te checken. Deelnemers aan het stamboek kunnen voordat ze daadwerkelijk gaan dekken een proefdekking uitvoeren in het stamboek om het inteeltpercentage te bepalen. Dit mag niet hoger zijn dan 3%. Om de berekening uit te voeren moet de beer wel opgenomen zijn in het Nederlandse stamboek.
Wilt u zelf uw beer opgeven?
Berenhouders die hun beer te dekking aan willen bieden kunnen deze gratis presenteren. De beer komt dan terecht in ons Berenoverzicht. Voorwaarde is wel dat de berenhouder deelneemt aan het stamboek.
Een beer kopen in Duitsland
Het is mogelijk om een beer in Duitsland te kopen. Proefdekkingen met een Duitse beer kunnen alleen door het Duitse stamboek uitgevoerd worden tegen een betaling van €10,- . Wilt u een beer uit Duitsland halen neem dan contact op met de stamboekbeheerder. Die kan advies geven over de in Nederland gewenste bloedlijnen.
KI
Tijdens de Ledendag – 3de Symposium 2012 is onder andere KI en voortplanting besproken. Anton Oudenampsen van VarkensKI Nederland heeft een presentatie over Varkens KI Nederland gegeven en het herkenning van berigheid bij de zeug. Hij verteld ook over Berenlucht sprayen. Dit kan zijn Boarmate, Boarsmellie of Eberspray, het is berengeur spray. Het is een zeer sterke, indringende en langdurig afgevende berengeur. Het stimuleert begin oestrus bij zeugen en zeker ook bij gelten. Het stimuleert ook de seksuele reactie tijdens bevruchting. Bij Gelten(een jonge zeug die nog geen worp heeft gehad) kan de berigheid al beginnen vanaf 5 maanden. Na een aantal keren berigheid kan de berigheid verminderen. Bij sommige gelten kan de berigheid helemaal verdwijnen. De berigheid komt pas als de gelt weer een beer ruikt. Door de gelt bij een beer te zetten of berenspray te gebruiken kan de gelt weer berig worden.
Een deel van de presentatie van Anton Oudenampsen ging over het gebruik van sperma van de KI. Momenteel is er helaas geen KI-sperma van de Bonte Bentheimer beschikbaar. Dit is erg jammer omdat onze leden daardoor gedwongen worden met varkens “heen en weer te rijden” om het ras in stand te houden. Ook kiezen sommige leden er voor om KI-sperma van andere rassen te gebruiken, waardoor de raszuiverheid van de Bonte Bentheimer onder druk komt te staan.
Fokdoelen
Om de raskenmerken van Bonte Bentheimer varken te behouden en de populatie te laten groeien, is het van belang een duidelijke richting te geven aan de fokkerij en doelen te bepalen. Met het vaststellen van een algemeen fokdoel en daaruit voortvloeiende subdoelen, is dit mogelijk. De fokdoelen zijn zo opgesteld, dat is aangegeven waaraan een dier moet voldoen om ermee te mogen fokken. Minimale en maximale waarden in de subfokdoelen geven dan aan of het dier geschikt is voor het produceren van nakomelingen. De subfokdoelen zijn specifiek en meetbaar. Voor kenmerken die moeilijk meetbaar zijn, zijn er richtlijnen opgesteld in plaats van fokdoelen. Voor het Bonte Bentheimer varken is het behoud van het ras en het vergroten van de populatie het belangrijkste doel. Op grond hiervan worden er geen raszuivere dieren uitgesloten van inschrijving in het stamboek. Wij adviseren wel om de subfokdoelen te meten en te registeren om zo de raskenmerken te behouden.
Tepels
Varkens hebben voldoende tepels nodig om hun biggen te kunnen zogen. Gezien de toomgrote is een minimum aantal tepels van 12 een eis. Bonte Bentheimers met minder dan 12 tepels worden zowel in Nederand als in Duitsland niet ingeschreven in het stamboek. Het aantal tepels wordt zowel bij de beren als bij de zeugen geteld. Tepels tellen wordt gedaan op een leeftijd van 12 weken (bij het afspenen). Meer informatie hierover staat op scorekaart 1.
Kleur en vlekkenpatroon
Een onregelmatig patroon van zwarte vlekken op een witte of licht grijze ondergrond is één van de meest karakteristieke eigenschappen van de Bonte Bentheimer. Bij Bonte Bentheimers komt soms een bruine kleur voor, welke afkomstig is van een van de rassen waaruit het Bonte Bentheimer varken is ontstaan. Gevlekte varkens kruisen met andere gevlekte varkens, geeft ook gevlekte nakomelingen. Een kruising van een dier met één kleur met een gevlekt dier, geeft nakomelingen met één kleur.
Egaal is dus dominant over gevlekt. Om te voorkomen dat gevlekte varkens op den duur verdwijnen, is het verstandig om niet te fokken met dieren die één kleur hebben. Het vlekken patroon voor elk afzonderlijk varken is uniek. Binnen het Bonte Bentheimer stamboek zal dit vlekkenpatroon samen met het UBN-oormerk gaan gelden als het identificatie middel voor afzonderlijke dieren. Meer informatie hierover op de pagina “identificatie”. Het vlekkenpatroon beoordelen wordt gedaan op een leeftijd van 12 weken (bij het afspenen). Meer informatie hierover staat op scorekaart 1.
Oren
De loboren (hangende oren) zijn een kenmerkende eigenschap van het Bonte Bentheimer varken. Op de foto het ideale oortype voor een Bonte Bentheimer. Bij Bonte Bentheimers komen incidenteel ook staande en half hangende oren voor. Dit zijn de gevolgen van mogelijke kruisingen met andere rassen in het verleden. Hangende oren worden via intermediaire vererving doorgegeven. Bij intermediaire vererving heeft de nakomeling een eigenschap die tussen de eigenschappen van de ouderdieren in zit. Een kruising van een dier met hangende oren met een dier met staande oren, geeft een nakomeling met halfhangende oren. Na zes maanden is de stand van de oren goed te beoordelen en worden ze in stamboek geregistreerd. Scorekaart 2 geeft aan hoe de oorstand beoordeeld moet worden.
Schouderhoogte
De ideale schouderhoogte van Bonte Bentheimers is 75 centimeter voor een volwassen beer en voor een zeug 70 centimeter. De schouderhoogte wordt gemeten wanneer het varken volwassen en uitgegroeid is. Voor het stamboek hanteren we hiervoor een leeftijd van minimaal één jaar. Meer informatie over de hoogte meting staat in de scorekaart 3. Op dit moment is niet bekend wat de gemiddelde hoogte en de spreiding is van de huidige populatie. Registratie van de gemeten hoogtes in een database is daarom noodzakelijk. Zo is het mogelijk in de toekomst extremen uit te sluiten van de fokkerij.
Lengte
Veel fokkers vinden de lengte van Bonte Bentheimers een belangrijke eigenschap. De omschrijving van Bonte Bentheimers geeft ook aan dat het een lang gerekt varken hoort te zijn. Op dit moment is onbekend wat de ideale lengte is van een Bonte Bentheimer. Het is dus van belang dat we eerst inzicht krijgen in de gemiddelde lengte en de spreiding van de populatie voordat we hier eisen aan kunnen stellen. De lengte wordt gemeten wanneer het varken volwassen en uitgegroeid is. Voor het stamboek hanteren we hiervoor een leeftijd van minimaal één jaar. Meer informatie over de lengte meting staat in de scorekaart 3.
Beenstand
Goed beenwerk is belangrijk om het gewicht van het varken te dragen. Bonte Bentheimers worden meestal buiten gehouden en worden vaak lang gebruikt. Goed beenwerk is hierbij belangrijk. Slecht beenwerk kan lijden tot andere gezondheidsklachten bij varkens. Goed beenwerk is lastig te beoordelen. M.b.v. de scorekaart 2 wordt de fokker duidelijk gemaakt hoe het beenwerk van varkens beoordeeld kan worden. Het beenwerk wordt beoordeeld op een leeftijd van zes maanden.
Inteelt
Bij het fokken met kleine populaties is er een risico op inteelt. Inteelt ontstaat wanneer gefokt wordt met dieren die genetisch sterk aan elkaar verwant zijn. Bij inteelt ontstaat er een ernstig risico op erfelijke gebreken. Fokken met dieren met een erfelijk gebrek in een kleine populatie (met een grote inteelttoename), brengt een groot risico met zich mee: uiteindelijk dragen alle dieren uit de populatie de aanleg voor een erfelijk gebrek bij zich. Het gebrek is er dan niet meer uit te fokken en er zullen steeds meer dieren zijn waarbij het gebrek ook tot uiting komt. Fokkers die aangesloten zijn bij het stamboek hebben de mogelijkheid om zelf online inteelt berekeningen uit te voeren met alle mogelijke Bonte Bentheimers die in het Nederlandse stamboek staan ingeschreven. Het stamboek hanteert de norm dat de inteelt minder dan 3% moet zijn om veilig te kunnen fokken. Helaas heeft het stamboek nog geen foto’s of illustraties van inteelt voorbeelden kunnen achterhalen. Wanneer U beeldmateriaal heeft van typische inteelt gevallen dan vragen wij U dit te sturen naar het stamboek, zodat wij dit op de website kunnen zetten zodat andere fokkers hiervan kunnen leren.
De bekende erfelijke gebreken zijn:
Interseks (kween)
Één of beide testikels van de beer zijn niet ingedaald. De testikel die zich in het lichaam bevindt is onvruchtbaar: vanwege te hogere temperatuur is het sperma dat daar wordt geproduceerd niet levensvatbaar. Het is mogelijk dat bij de geboorte twee testikels in het scrotum zitten, maar dat in enkele weken of maanden één testikel afneemt in grootte en dan verdwijnt uit de teelbal. Deze trekt zich terug in de buikholte. Deze aandoening wordt later cryptorch genoemd.
Knikrug
Het dier heeft een knik in de ruggenwervel, waardoor het lichaam scheef is. De levensvatbaarheid van de big wordt niet direct beïnvloed, maar het dier heeft minder ruimte in de borstholte. Hierdoor heeft het dier het makkelijk benauwd en is het vatbaar voor longontsteking.
Open gehemelte
Het dier heeft een knik in de ruggenwervel, waardoor het lichaam scheef is. De levensvatbaarheid van de big wordt niet direct beïnvloed, maar het dier heeft minder ruimte in de borstholte. Hierdoor heeft het dier het makkelijk benauwd en is het vatbaar voor longontsteking.
Navelbreuk/ zakbreuk
De inhoud van uit de buikholte zakt/drukt tussen de spieren door naar buiten en wordt zichtbaar.
Gesloten anus
Het laatste stuk van de endeldarm ontbreekt. Beerbiggen sterven snel, zeugbiggen mesten via vulva is ongewenst.
Spreidzit
De spieren van de achterpoten zijn onvoldoende ontwikkeld. Hierdoor glijden de achterpoten van het dier uit elkaar als het dier probeert op te staan. Het dier kan dan niet snel opstaan en bij het voedsel komen.
Gedragstesten
Gedragstesten voor beoordeling karakter
Er zijn drie testen geschikt voor gebruik bij Bonte Bentheimers: de rugtest, de personentest en de vreemde objecten test. Er is een onderlinge correlatie tussen de uitkomsten van deze testen en de schuwheid, angst en nieuwsgierigheid van een dier. Hoe groot de onderlinge correlatie is, is echter niet bekend.
Het is het beste om de testen zonder de moederzeug erbij uit te voeren. Het gedrag van de zeug, kan namelijk invloed hebben op het gedrag van de biggen. De testen kunnen op een latere leeftijd nogmaals uitgevoerd worden om te kijken hoe het gedrag zich heeft ontwikkeld.
Rugtest
Bij de rugtest wordt onderzocht of een dier actief of passief reageert op een situatie waarin het dier stress ervaart. Legt een big hiervoor op de rug op een tafel (met een handdoek eronder, zodat de ondergrond zachter is). De houder houdt de big gedurende een minuut in deze positie en telt hoe vaak de big tegenspartelt. Deze test zegt iets over de manier waarop dieren reageren in stresssituaties. Als dieren veel tegenspartelen duidt dit erop dat de dieren actief zijn. Zij zullen in stress situaties vaak actief reageren. Het wordt afgeraden om met dieren die erg actief zijn te fokken. Zij kunnen feller reageren dan rustige dieren en ze verbruiken meer energie. Dit heeft ook negatieve invloed op de voederconversie. Daarnaast is de kans op agressie hoger bij de actieve dieren. Passieve dieren onderwerpen zich gemakkelijk aan de situatie en zijn vaak gemakkelijker in de omgang. Nu kan nog niet gezegd worden wanneer een Bonte Bentheimer heel actief of heel rustig is, omdat er bij dit ras nog geen onderzoek is gedaan. Wel zijn er enkele testen gedaan door studenten van de HAS in Den Bosch. Uit die testen bleek dat de biggen van Bonte Bentheimers behoorlijk wild waren.
Als een fokker een keuze maakt voor een fokdier, kan hij het beste kiezen voor het meest rustige dier uit de toom. Deze dieren reageren niet heel actief op stress. Uit praktische overwegingen kan de rugtest het best uitgevoerd worden op een leeftijd van maximaal twee weken. Een jongere leeftijd is nog beter. Zijn de biggen ouder dan twee weken dan worden ze te groot en te sterk.
Vreemde objecten test (op 6 weken, 6 maanden en 1 jaar)
Bij deze test wordt een vreemd object bij de biggen in het hok gezet. Hierbij is de zeug nog aanwezig in het hok. De houders noteren de tijd in secondes dat de big erover doet om bij de emmer te komen. Deze test geeft inzicht in het karakter van een dier: is het dier angstig, erg ondernemend, agressief of speels? Hierdoor is het mogelijk redelijk te voorspellen wat een dier doet in een vreemde omgeving of situatie. Vooral voor de kinder- en zorgboerderijen is dit gedrag van belang. Er wordt aangeraden om de dieren te selecteren voor de fokkerij die het object snel naderen (mits dit zonder agressie gebeurt, zoals kopstoten, open bek, bijten). Om een beeld te krijgen wat snel en langzaam is, moeten er eerst verschillende dieren en reacties in kaart worden gebracht. Anders kan dit niet vergeleken worden.
Wel kan het snelste dier uit de toom geselecteerd worden voor de fokkerij. Deze dieren naderen gemakkelijk en zijn over het algemeen niet angstig aangelegd. Dit gedrag is wenselijk voor het Bonte Bentheimer varken, omdat vriendelijke en open dieren gewenst zijn.
Personentest (op 6 weken, 6 maanden en 1 jaar)
Deze test wordt bij de biggen op zes weken gedaan. Ook bij oudere zeugen wordt dit gedaan (mits de assistent zich hier veilig bij voelt). Bij deze test stapt een vreemd persoon bij de biggen in het hok. Verstandig is om hierbij de zeug in een ander hok te hebben of bijvoorbeeld buiten. De reden hiervoor is dat een zeug de drang kan hebben haar biggen te beschermen. De assistent noteert weer hoeveel tijd het kost voordat de biggen de persoon benaderen. Ook deze test geeft inzicht in de mate van angst, ondernemendheid, agressie of speelsheid van een dier.
Voor de fokkerij is het van belang dieren te nemen die weinig angstig gedrag vertonen (even terughoudendheid is niet erg). De dieren die snel naderen zonder agressief gedrag te vertonen, zijn goede dieren om mee verder te fokken. Dit gedrag is wenselijk voor de houders. Met de biggen die snel naderen wordt geadviseerd om verder te fokken. Wat snel is moet aan de hand van verzamelde gegevens worden vergeleken. Op dit moment kunnen daar nog geen uitspraken over worden gedaan, omdat de testen nog niet zijn uitgevoerd bij dit varkensras. De personentest wordt afgeraden bij beren die een half jaar of ouder zijn. Op deze leeftijd bestaat de kans dat ze mensen kunnen verwonden. Dit is niet de bedoeling van de test.